Soms betalen klanten (debiteuren) hun rekeningen niet of veel te laat. Daarom is het belangrijk dat u een goed debiteurenbeheer en een actief incassobeleid voert, weet zzp boekhouder Het kan ook voorkomen dat u een schikkingsvoorstel krijgt van een klant met financiële problemen. Ook kan een andere schuldeiser het faillissement van een van uw klanten aanvragen. In dit geval is het belangrijk dat u hiervan op de hoogte bent. Als een herinnering of aanmaning er niet voor zorgt dan een schuldenaar betaalt, dan kunt u verschillende stappen nemen. Als dit niet tot betaling leidt, dan hebt u de volgende mogelijkheden:
1. Beslag
U kunt de rechtbank verzoeken beslag te leggen op inboedel of een deel van het loon of de uitkering van de schuldenaar. Als de rechter uw vordering toewijst kunt u via een deurwaarder het vonnis officieel laten meedelen aan de schuldenaar. De deurwaarder laat vervolgens een minimaal inkomen aan de schuldenaar en de rest als aflossing aan de schuldeiser. Ook kan de deurwaarder een verkoop organiseren van bijvoorbeeld de inboedel. Uit de opbrengsten worden eerst de kosten van de deurwaarder voldaan. Pas hierna is er geld beschikbaar voor de schuldeiser. Het kan lang duren voordat de schuld is ingelost.
2. Surseance
Een surseance van betaling is een adempauze die door de rechter wordt vastgesteld. In deze periode probeert de schuldenaar orde op zaken te stellen. Bij natuurlijke personen wordt meestal geen akkoord bereikt of andere oplossing gevonden. Surseance van betaling biedt voor de schuldeiser slechts in uitzonderingsgevallen uitkomt. Vul hieronder de naam van uw schuldenaar in, om in het handelsregister te zien of deze surseance van betaling heeft aangevraagd.
3. Faillissement
Zowel schuldeisers als schuldenaren kunnen faillissement aanvragen bij de rechtbank. U kunt dus als schuldeiser bij een faillissement betrokken raken doordat een ander faillissement van uw schuldenaar heeft aangevraagd. Door een faillissement van uw debiteur wordt ook uw positie als schuldeiser bevroren. Lees verder over faillissement.
Ga in het handelsregister na of uw debiteur in faillissement is (en wie de curator is):
4. Minnelijke regeling
Een schuldeiser krijgt via een minnelijk akkoord doorgaans slechts een deel van zijn vordering terug. Daar staat tegenover dat hij daarvoor weinig inspanningen hoeft te verrichten. Schuldhulpverleners kunnen soms voor een oplossing van problematische schulden zorgen. Een enkele keer kan de schuldenaar de gehele vordering alsnog terugbetalen. Meestal doet de schuldhulpverlener een aanbod tegen ‘finale kwijting’. Hierbij sluit de schuldenaar een zogenaamd ‘saneringskrediet’ af, waaruit een deel van de vordering kan worden voldaan aan de schuldeisers.
Als een saneringskrediet niet mogelijk is, dan kan een spaarsanering worden ingezet. Hierbij wordt afgesproken dat de schuldenaar gedurende een periode van drie (en soms vijf) jaar zoveel mogelijk spaart. Na deze periode wordt het saldo gebruikt om de schuldeisers af te lossen, waarna het restant van de schulden wordt kwijtgescholden.
In een minnelijke regeling krijgt iedere schuldeiser iets, maar sommigen meer dan anderen. De zogeheten ‘preferente schuldeisers’, zoals de Belastingdienst en bedrijfsverenigingen, krijgen een dubbel percentage ten opzichte van de normale, zogeheten ‘concurrente schuldeisers’.
5. Wettelijke regeling (WSNP)
Als het minnelijk akkoord akkoord niet mogelijk is, biedt de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) mogelijk uitkomst. Voorwaarde is wel dat een minnelijk akkoord niet tot de mogelijkheden behoort. De wettelijke regeling biedt dezelfde duidelijkheid als het minnelijk traject, maar de aflossing kan echter lager zijn. Lees meer over wettelijke schuldsanering
Zoek in het landelijk register schuldsanering (van de Raad voor Rechtsbijstand te Den Bosch) of uw debiteur gebruik maakt van de WSNP.